Nieuwsbrief: Preventie van depressie, maak er actief werk van!
Op 7 april 2017, over exact één week dus, is het Wereldgezondheidsdag, en die staat dit jaar helemaal in het teken van depressie. Wij delen heel bewust nu al onze inzichten en ons materiaal, en creëren zo de gelegenheid om één en ander tijdig scherp te stellen bij collega’s.
Ook op de werkvloer is dit thema immers van tel, want depressie is tegenwoordig één van de belangrijkste risicofactoren voor langdurig verzuim. Hoe medewerkers helpen wapenen tegen stemmingswisselingen en milde vormen van depressie, dat is de inzet. |
Boeiende inzichten rond e-health en strategieën op de werkvloer in een wereld van verandering
Eenzaamheid brengt de gezondheid ernstige schade toe
We zijn sociale wezens: contact met anderen creëert onontbeerlijke verbondenheid. Sociale steun verzacht bovendien negatieve emoties en vermindert de mentale én lichamelijke impact van tegenslagen. Gedeelde smart is dus echt “halve smart”.
Zoals steeds zijn er twee kanten aan de medaille. Dat het ontbreken van sociale steun een ongezonde impact heeft, is dan de logische keerzijde van het positieve verhaal - en ook daarvoor wordt nu meer en meer wetenschappelijk bewijs aangevoerd.
Zo blijkt eenzaamheid zichtbaar pijn te doen: scans tonen aan dat dezelfde hersengebieden actief zijn als bij lichamelijke pijn. Ook als we de lichamelijke impact van eenzaamheid onder de loep nemen - waarbij we focussen op o.m. bloeddruk, immuunsysteem en ontstekingsreacties - is die aantoonbaar vergelijkbaar met die van lichamelijke pijn. |
De negatieve impact van eenzaamheid op gezondheid is zelfs vergelijkbaar met die van roken en alcohol - en groter dan die van obesitas.
Eenzaamheid verhoogt het risico op een vroege dood evenveel als
15 sigaretten per dag De mate waarin je eenzaamheid ervaart, vergroot daarnaast je kans op angst, depressie en andere psychische aandoeningen en verstoort je slaap.
|
Ook op de werkvloer eisen eenzaamheid en een gevoel van isolatie hun tol: ze leiden tot problemen met concentratie en denkvermogen. Het noodzakelijke tegengewicht wordt dan geboden door vriendschap en samenhorigheid: die zijn als het ware het mentale equivalent van groenten en fruit of lichaamsbeweging. Hoewel vroeger vanuit HR perspectief argwanend naar vriendschappen op de werkvloer werd gekeken - omwille van een mogelijke negatieve spiraal bij het stuklopen van een vriendschapsrelatie - is intussen duidelijk dat de voordelen vele malen groter zijn.
|
Amicale relaties op de werkvloer leiden tot beter functioneren, meer jobtevredenheid en toewijding, en doen de vertrekintentie dalen. Organisaties kunnen hierbij de juiste voedingsbodem scheppen door een sfeer van vertrouwen en samenwerking te stimuleren.
Lichaamsbeweging blijkt zoals wel vaker een deel van de remedie: het bevordert de productie van én de gevoeligheid aan neurotransmitters (stoffen die signalen overdragen in de hersenen), in het bijzonder degene die een rol spelen bij depressie. Bij milde depressie werkt lichaamsbeweging zelfs even goed als medicatie - en bijna net zo goed als cognitieve gedragstherapie.
|
Je hoeft echter niet depressief te zijn om baat te hebben bij lichaamsbeweging: een fit lichaam reageert ook minder fel op stress, waardoor je frisser en meer taakgericht blijft. Aangezien lichaamsbeweging ook nog eens je leervermogen én je geheugen versterkt, ga je er efficiënter door werken. Taakgerichtheid en efficiëntie zorgen er samen voor dat het risico op werkstress nog verder afneemt.
|
Volgehouden lichaamsbeweging vergroot bovendien je zelfvertrouwen.
Dat doet het meer bepaald dankzij gevoelens van controle en ook via ‘mastery’, het inherente ‘gevoel dat je wat kan bereiken’. Beide helpen op hun beurt depressie tegengaan.
|
Is er een type van beweging dat daarbij de voorkeur krijgt? Om je zelfbeeld te verbeteren, zou krachttraining alvast even goed werken als conditiesporten. Depressie via lichamelijke weg tegengaan, doe je dan weer best via conditietraining en rekoefeningen. Maar omdat je bij krachttraining in groep ook sociaal contact hebt en het relatief snel resultaat oplevert, is dat onderscheid toch maar relatief en is het belangrijker een match te vinden tussen het individu en het soort activiteit. Immers: wie begint met sporten maar onderweg afhaakt, heeft er helemààl geen baat bij.
Een uitgewerkt gezondheidsbeleid zet dus best maximaal in op het stimuleren van voldoende lichaamsbeweging - dat kan verzuim zeker helpen terugdringen.
|